Superorganism interview
// OOR \\

30 maart 2018

Superorganism tot de macht acht

Wie niet beter weet zou zweren dat aan de razendsnelle opkomst van Superorganism een gestroomlijnd marketingplan vooraf ging. Het internationale, achtkoppige kunstenaarscollectief werd na instant hit Something For Your M.I.N.D. gebombardeerd tot popsensatie en maakte de hoge verwachtingen vervolgens waar met al even hypnotiserende liedjes, video’s en liveshows. Een Japans meisje van zeventien stond erbij en zong uit volle borst ‘It’s all good!’

‘Dit is zoveel beter dan schreeuwende mensen op een klantenservice – en ik kan het weten.’ Christopher ‘Harry’ Young zegt het met een grote grijns op zijn gezicht. Natuurlijk, het zijn chaotische en vermoeiende tijden. Something For Your M.I.N.D. is pas een jaar op de wereld en nu reist Superorganism in razend tempo diezelfde wereld rond. Je zou er terstond van instorten. ‘We hebben het geluk dat we met z’n achten zijn’, lacht Mark ‘Emily’ Turner. ‘We kunnen op elkaar leunen.’

Orono en The Eversons
Zo is het gegaan: in 2015 ontdekt de muziekverslaafde Japanse tiener Orono Noguchi op YouTube een Nieuw-Zeelands bandje, The Eversons. Ze besluit naar een concert in Tokio te gaan, waar ze zich na afloop als fangirl op de vier muzikanten stort. Harry, Emily, Timothy ‘Tucan’ Shann en Blair ‘Robert Strange’ Everson zijn gefascineerd en vergezellen Orono de volgende dag naar het Hard Rock Cafe en de dierentuin. Een onwaarschijnlijke vriendschap is geboren.

The Eversons zijn op dat moment bezig met hun tweede album, Stuck In New Zealand, maar kijken voorzichtig vooruit naar nieuwe projecten en een change of scenery. Als een frisse start in de vorm van een verhuizing naar Londen ter sprake komt, haken zangeressen Ruby en B aan, later gevolgd door Seoul, een in Sydney woonachtige Koreaan. Ze vinden een ‘waardeloos krot’ in Oost-Londen waar ze net met z’n zevenen in passen. Harry: ‘Ons huis valt uit elkaar. De oven is al twee maanden kapot. Maar dat vinden we niet belangrijk. Wat telt is dat we kunnen er kunnen wonen en werken.’

Eind 2016 hebben ze een GarageBand-bestand bij elkaar gespeeld, geknipt en geplakt waarop alleen nog vocalen missen. Emily mailt Orono, die in de Amerikaanse staat Maine bezig is aan haar laatste jaar kostschool. Zij schrijft binnen no time de tekst van Something For Your M.I.N.D. bij elkaar en zingt die in op haar laptop als haar kamergenootje ‘onder de douche staat of zit te schijten’. In februari verschijnt het nummer op Soundcloud: een mysterieuze popsensatie is geboren. De gekste verhalen doen de ronde. Damon Albarn zou weer eens een streek hebben uitgehaald. Of was het toch Kevin Parker? Superorganism doet er het zwijgen toe, vooral omdat de bandleden zelf nog geen idee hebben welke kant ze op willen.

Hun shellshock verdwijnt als sneeuw voor de zon zodra platenlabel Domino aanklopt. Meer muziek graag! Ondertussen verspreidt het superorganische vuurtje zich razendsnel via het internet. Muziekwebsites bombarderen het creatieve achtkoppige collectief tot buzzband, tweeluik It’s All Good en Nobody Cares doet de rest.

Meer dan de helft van de vocalen op debuutalbum Superorganism zijn opgenomen in Maine; Orono voegt zich pas halverwege 2017 bij de rest in Londen. Ze neemt haar intrek in de woonkamer, naast de slaap-/werkkamer van Superorganisms beeldkunstenaar Robert, die alle video’s en livevisuals voor zijn rekening neemt. ‘Er is bij ons thuis altijd wel iets raars aan de gang’, zegt Harry. ‘Een paar dagen geleden hebben we nog een hele shoot gehad in Orono’s kamer.’ Zijn eigen kamer is boven. Daar werkt hij vaak aan nieuwe muziek terwijl Tucan een deur verder de ruwe audio mixt en Ruby, B en Seoul aan het eind van de gang hun ‘gestoorde choreografieën’ fijnslijpen.

Als de artistieke commune in full swing is, ontstaat de mooiste kunst. Aan engagement doet Superorganism niet, vertelt Emily. ‘Kies je eigen verhaal. Zie je wat je wilt zien. We dagen mensen uit om zelf na te denken in plaats van ze een bepaald idee of vastomlijnde esthetiek op te dringen. De een hoort nineties-indierock, de ander hoort moderne elektronische muziek. Ga het avontuur aan, zoek het zelf uit.’

Sweet Stuff
Superorganism dankt zijn vele gedaanten deels aan Orono’s ‘Sweet Stuff’, een Spotify-playlist met honderden liedjes – van Lil Yachty tot Slint. ‘Popmuziek, uit elk tijdperk, is onze gedeelde obsessie’, aldus Emily. Hoe die obsessie zich vertaalt naar hun muziek is voor Harry een magisch proces dat zich lastig onder woorden laat brengen. ‘We doen wat natuurlijk aanvoelt, stream of consciousness. Als we muziek maken, zijn we ons niet bewust van onze werkwijze. Creativiteit lijkt soms op een psychose: je breekt met de realiteit en verliest het perspectief.’ Lachend: ‘Dat is misschien een beetje een extreme vergelijking, maar je snapt wat ik bedoel. Als je in het moment zit, neemt je brein je lichaam onbewust over.’

Superorganism is een typisch product van onze tijd: niet beperkt door genres of (financiële) grenzen. ‘Weet je waarom ik zo van moderne popmuziek hou?’ vraagt Harry. ‘Omdat hedendaagse artiesten steeds nieuwe manieren vinden om oudere generaties te provoceren. Soundcloud-rap is voor mij het nieuwe punk. Een track als Gucci Gang wordt gehaat zoals rock & rollers eind jaren zeventig punk haatten. Het is amateuristisch! Een domme versie van wat wij veel beter deden! De oude hiphopgarde zegt hetzelfde over Lil Pump. Ze snappen het gewoon niet. De beat van een van de grootste hits van vorig jaar, Post Malone’s Rockstar, is in vijf minuten gemaakt op een laptop in een studentenkamer. Hoe punk en DIY wil je het hebben? Hoe geweldig is het dat je thuis iets kunt maken dat miljoenen mensen overal ter wereld raakt? Voor ons voelt dat heel bevrijdend. Dankzij streaming bevinden we ons in een Wild West-tijdperk waar alles kan gebeuren. Het schrikt sommige mensen af, maar ik vind het juist opwindend dat wij daar onderdeel van uitmaken. We kunnen doen wat we willen. Of we slagen of falen hangt af van de kwaliteit van onze muziek.’

De doe-het-zelfethiek vindt vanzelfsprekend ook zijn weg naar het podium. Superorganism heeft een geluid- en een lichttechnicus mee op tour, maar doet voor de rest alles zelf. Harry: ‘We zijn nogal ambitieus. Het is een soort DIY Katy Perry-show, haha. Licht traumatisch omdat we zelf alle backdrops moeten opbouwen, maar het is het waard.’ Robert, die zichzelf heeft aangeleerd hoe hij met montagesoftware moet omgaan, voorziet de shows van hypnotiserende visuals. ‘Superorganism voelt als een start-up, niets houdt ons tegen’, aldus spraakwaterval Harry. ‘Wij bewijzen dat een groep creatieve vrienden die al hun talenten en middelen verenigen, iets kunnen creëren dat niet onderdoet voor een productie waarin miljoenen geïnvesteerd zijn en waaraan de slimste geesten hebben meegewerkt.’

Gewoon jezelf zijn
Orono hoort het gelaten aan. Op haar jonge gezicht geen spoor van zenuwen of ongemak. Maar schijn bedriegt. De band heeft haar leven volledig overhoop gehaald en in alles klinkt door dat het plotselinge succes grote indruk maakt op de pientere tiener.

Vader en moeder Noguchi legden haar geen strobreed in de weg toen ze meedeelde te gaan verhuizen. ‘Als ik hen niet lastig val, vallen zij mij niet lastig. Zolang ik niet om geld vraag, vinden ze alles best.’ De aandacht, de interviews, de groeiende roem – het komt surrealistisch op haar over. ‘Ik ben het soort mens dat te veel nadenkt. Maar omdat alles met Superorganism zo snel gaat, heb ik helemaal geen tijd om de gebeurtenissen te verwerken. Ik ben er een beetje in de war van, maar tegelijkertijd: het leven overkomt je. Je kunt het niet controleren, althans niet echt.’

Harry, rustig: ‘Je moet gewoon jezelf zijn, meer kun je niet doen.’

Orono, wanhopig: ‘Maar ik wéét niet wie ik ben!’

Harry en Emily in koor: ‘Dan is dat wie je bent.’

Orono’s innerlijke conflict is terug te horen in haar teksten. De onbegrepen tiener die met rust gelaten wil worden gaat de strijd aan met een jonge, wereldwijze vrouw die dolgraag ergens bijhoort. ‘In noteer vaak mijn gedachten, op een stukje papier of in mijn telefoon’, zegt ze. ‘Zodra we echt aan een liedje gaan werken, voeg ik zinnen samen die ik bij elkaar vind passen. Naar mijn mening is iedereen op zijn eigen manier gek in zijn hoofd, en snapt alleen die persoon zelf dat. Het voelt logisch om willekeurige dingen bij elkaar te gooien in mijn teksten, zodat iedereen er zijn eigen betekenis aan kan geven.’ Ze ademt hard uit. ‘Zie, ik heb géén idee waar ik het over heb! Ik ben zó de weg kwijt…’

Praten over Car Seat Headrest blijkt kalmerend te werken. Orono vertelt dat ze de laatste tijd non-stop en vol bewondering naar Will Toledo luistert. ‘Zijn teksten zijn extreem herkenbaar voor mij. Ik schrijf heel anders, veel abstracter, geïnspireerd door de grote woorden van Vampire Weekends Ezra Koenig. Hij is heel pretentieus, maar daar hou ik juist van. Als dertienjarige wilde ik ook zo zijn en dat verlangen zit nog steeds wel in me. Wat me tegenhoudt om meer zoals Car Seat Headrest te schrijven, is het idee dat niemand zal begrijpen wat ik voel. Maar dat is een hele domme gedachte. Zo speciaal ben ik nou ook weer niet, tig mensen voelen zich precies hetzelfde als ik.’

Grappig genoeg is ze op haar allereerste pennenvrucht onder Superorganism-vlag, Something For Your M.I.N.D., nog steeds het meest trots. ‘Het is een magisch liedje waarin alles op een hele natuurlijk manier perfect samenkwam.’ In dat zinnetje ligt het geheim van de band besloten. Onbekende krachten in het universum brachten acht mensen bij elkaar die samen meer zijn dan de som der delen. ‘Deze band is een kleine gemeenschap die los van de rest van de wereld opereert’, zegt Emily. ‘Naïviteit is onze grondhouding: we hebben geen idee wat dit avontuur te betekenen heeft en waar het ons gaat brengen.’ Harry: ‘Het enige wat we kunnen controleren is de kunst zelf, dus dat is waar we onszelf in proberen te verliezen.’